Terug naar het overzicht gebeurtenissen 

 

 

 ICONEN EEN ONTMOETING

 

 

 

In de Abdij van Park heeft Kerk in Nood een iconen tentoonstelling georganiseerd.

 

Regelmatig worden de weldoeners uitgenodigd om projecten nader toe te lichten. Tijdens een eucharistieviering wordt het thema van de dag toegelicht. In deze viering is een icoon ‘Sedes Sapientiae’ gewijd en geconcipieerd door Lucia Lipkens. De aangevraagde misintenties werden afgelezen.

 

 

 

EVOLUTIE KERK IN NOOD.

De Pauselijke Stichting Kerk in Nood biedt sinds 1947 materiële en spirituele hulp waar de nood het hoogst is onder miljoenen arme vergeten en vervolgde gelovigen in meer dan 145 landen.

Oostpriesterhulp ontstond in Tongerlo op de puinhopen van de tweede wereldoorlog in 1947. Het secretariaat is nu gevestigd in Leuven en met een naamswijziging in Kerk in Nood (Aid to the Church in Need International) in de zestiger jaren.

In de jaren ‘50 breidde de inzet zich uit naar de gelovigen in de communistische landen. Kerk in Nood bouwde “forten voor God “ langs het ijzeren gordijn.

Tijdens het tweede Vaticaans Concilie vroeg paus Johannes XXIII uit te breiden naar Latijns Amerika.

In 1959 kwam Azië in beeld. De laatste jaren is de aandacht verschoven naar het Midden Oosten waar katholieken vervolgd en gedood worden door Islamitische fundamentalisten. Dit initiatief is mogelijk dank zij de genereuze hulp van duizenden donateurs.

Maandelijks is er een eucharistieviering in de huiskapel waar de misintenties van de

donateurs opgedragen worden. Met de opbrengst worden de priesters in de steun behoevende landen financieel geholpen.

Periodiek is er een bijeenkomst waarin het lopende project toegelicht wordt. In de advent  kwam de werking in Libanon en Syrië aan bod. In de vasten kregen wij inzage in de problemen voor de kerk in Nigeria. Priesters uit die landen komen er hun activiteiten verdedigen. Met veel geduld slagen zij er in met de overheid akkoorden af te sluiten om een minimale werking mogelijk te maken.

 

 

 

 

WIE IS LUCIA LIPKENS-JANSEN?

Lucia Lipkens is geboren in Maaseik in 1949. Haar ouders  waren doof en hardhorend en toch bouwden ze een fotografie zaak uit. Lucia heeft er haar minimalistisch tekenwerk ontwikkeld dat zijn plaats gevonden heeft in het werkproces van de iconenschrijfster.

Met haar kunst slaagt ze erin het transcendente (hoogste menselijke ervaring) tot ons te laten spreken wat veel woorden kan vervangen.

Een icoon is frontaal, bewegingsloos en heeft geen schaduw noch emoties. Ze kan taferelen van verschillende tijdstippen naast elkaar zetten. De icoonschrijver schildert geen iconen , hij schrijft iconen.

De gebeurtenissen uit het Oude en Nieuwe Testament worden in de Oosterse kerken met roerende eerbied omgeven.

Het schrijven van iconen maakt wezenlijk deel uit van haar leven. Zij verklaart dat het een passie is, haar levensopdracht waarin haar eigen geloof voortdurend bevraagd wordt. In deze tentoonstelling zijn Bijbelse taferelen nader omschreven.

Sommige iconen worden meerdere malen geschreven omdat de schrijfster het thema vanuit een andere invalshoek benadert.

 

 

 

 

TENTOONGESTELDE ICONEN.

Met behulp van een video reportage heeft Lucia ons gewezen op de details van ieder icoon.

Er komen 31 werken aan bod.

 

1. Boodschap van de engel Gabriël aan Maria

 

 

In iedere icoon komt eerst God! Eerst de eerbied!

Het hoogfeest van de aankondiging van de Heer op 25 maart wordt ook wel Maria Boodschap genaamd. Op de icoon staan twee gebouwen. Het gebouw links staat symbool voor het Oude Testament, het gebouw rechts voor het Nieuwe Testament. Hiermee is vorm gegeven aan de gedachte dat met de Ontvangenis van Maria het Nieuwe Verbond begint te dagen en het Oude ten einde loopt.

Twee werelden ontmoeten elkaar: hemel en aarde, engel en Maria, God en Maria die zittend is afgebeeld op een lage troon met rood kussen. Haar voeten rusten op een voetbankje. Dit verhoog beklemtoont dat ze hoger in aanzien is dan de engel.

 

 

 

 

2. Doopsel van de heer

 

Deze icoon geeft het evangelisch verhaal weer van de Doop van onze Heer, maar voegt er nog enkele details aan toe.

In de orthodoxe kerk wordt de nadruk gelegd op de belangrijke taak die Johannes werd toebedeeld, hij is als bode vooruit gezonden, hij was de ‘wegbereider, de ‘voorloper’.

De term profeet is afgeleid van pro-fari en betekent spreken voor iemand anders.

Johannes komt ons als een zonderling over. Zijn ruige kledij, zijn verwilderde haardos, zijn baard die uit enkel plukken bestaat en de lichte sandalen aan zijn voeten.

In de linker beneden hoek, in de buurt van Johannes staat een boom met aan de voet ervan een bijl.

Bovenaan is een fragment van een cirkel aanwezig die de hemelen voorstelt. Vanuit deze cirkel vertrekt een lichtstraal die zich in drieën verdeelt met in het midden de duif, symbool van de Drie-ene God. De rotsen stellen de onherbergzame streek, de woestijn voor.

Christus staat in het midden van de stroom met een lendendoek afgebeeld. Johannes staat rechts van Christus op de oever. In het donkere water is de mythologische figuur van de Jordaan afgebeeld dat een waterkruik leeggiet.

 

 

 

 

 

3. Gedaanteverandering op de berg Thabor

 

De verblindende helderheid waarmee Jezus zijn waar gelaat van God laat zien overweldigt zijn uitverkoren leerlingen Petrus, Jacobus en Johannes.

De gedaanteverandering op de berg Thabor wordt door de Oosterse kerk als een hoogtepunt in het leven van Christus beschouwd.

De icoon toont ons Christus op de berg Thabor in gezelschap van Elia (links) en Mozes (rechts met de stenen tafelen) die respectievelijk geplaatst zijn op de bergen Horeb en Sinai.

De apostelen zijn van ontzetting ter aarde gevallen.

De twee neventaferelen laten de bestijging van de berg door Christus met zijn drie uitverkoren leerlingen zien en aan de andere kant de afdaling.

 

 

 

4. Laatste avondmaal

 

 

 

De icoon van het laatste Avondmaal wordt aanzien als een  mystieke ( geheimzinnig en onverklaarbaar) maaltijd.

Christus is met zijn leerlingen zittend of naar oud gebruik liggend aan tafel.

Terwijl Christus het brood en de wijn zegent, zien we dat de leerlingen heftig gebarend met elkaar spreken. Christus heeft hun verteld dat één van hen hem zal verraden.

De jonge Johannes vlijt zich diep aangegrepen tegen de borst van zijn geliefde Meester en Petrus maakt een ontkennend gebaar.

Judas buigt zich ver over de tafel heen en brengt zijn hand naar de kelk.

 

 

 

 

5. Christus aan het kruis

 

 

Deze oericoon bevindt zich in een galerij in Moskou.

Centraal zien we Christus aan het kruis. Het kruis is geplaatst op de berg Golgotha, de plaats van de terechtstelling en het middelpunt van de aarde.

Op de voorgrond links vooraan staat de Moeder Gods. Achter haar bevinden zich de zuster van zijn moeder, Maria de vrouw van Kleopas en Maria Magdalena.

Rechts naast het kruis staan Johannes de Evangelist en de Romeinse honderdman.

 

 

 

 

6. Graflegging van Christus

 

De vier evangelisten nuanceren deze gebeurtenis.

Volgens Matheus nam Jozef van Arimathea het lichaam, wikkelde het in een smetteloze lijkwade en legde het in een graf dat hij pas uit de rots heeft laten uithouwen.

Volgens Marcus kocht Jozef een lijkwade, nam Hem af van het kruis en wikkelde Hem in de lijkwade.

Volgens Lucas ging Jozef naar Pilatus en vroeg het lichaam van Christus. Na het van het kruis genomen te hebben, wikkelde hij het in een lijkwade.

Volgens Johannes namen Jozef en Nicodemus het lichaam van Jezus en wikkelden het met welriekende kruiden in zwachtels, zoals het bij de Joodse begrafenis gebruikelijk is.

 

 

 

7. Geloofsversterking apostel Thomas

 

 

Thomas is de loyale en praktische leerling van Jezus, ‘eerst zien, dan geloven’.  Dit thema heeft de icoonschrijvers steeds opnieuw beziggehouden omdat ze zich in deze apostel herkenden.

Op deze icoon zien we dat Christus met de rechterhand naar zijn zijde wijst, terwijl hij in de rechterhand een schriftrol vasthoudt.

Thomas staat bevreesd naast Hem, buigt zich naar Hem toe en strekt de hand uit naar de wonde van Christus. De andere apostelen staan er verwonderd bij.

 

 

 

8. Pinkstericoon. Nederdaling van de H. Geest

 

 

De icoon is de geschilderde uitdrukking van de heilige Traditie van de kerk die leeft in de liturgische teksten.

Wij zien een bijeenkomst van mannen, die in een halve cirkel gezeten zijn, op een bank met een hoge leuning. Er zijn twaalf protagonisten  (personages waar het verhaal om draait) en ze dragen elk iets in de hand : de ene een perkamentrol, de andere een boek. Ze onderhouden zich met elkaar.

In het midden, op de centrale plaats, is de Moeder Gods gezeten op een troon. Boven het huis ziet men de hemel, van waaruit de stralen komen die uitlopen in vlammen – vuurtongen – die afdalen en zich boven elk personage plaatsen.

Onderaan het beeld ziet men een donkere holte, waaruit een gekroonde figuur naar buiten komt, met witte baard. Hij draagt een linnen doek met twaalf rollen, een verwijzing naar de twaalf stammen van Israël en zijn twaalf apostelen (zij die gezonden zijn).

Bovenaan Petrus en Paulus, dan de vier evangelisten die het Heilig Boek vasthouden en verder de overige apostelen.

 

 

 

9. Anastasis of nederdaling ter helle

 

De Neerdaling ter helle is bij uitstek de icoon van Pasen.

Christus grijpt Adam en Eva bij de pols, bij de slagader, de levensader  en trekt hen uit het graf omhoog. Achter Adam staan de Oud Testamentische koningen David en Salomon en Johannes de Voorloper (de Doper).

Achter Eva: Mozes met de 2 stenen tafelen, Abel, de eerste martelaar en de profeet Jesaja.

 

 

10. Heilige apostel Jacobus van Compostella

 

 

Zebedeus en zijn twee zonen Jacobus en Johannes waren hun netten aan het herstellen aan het meer van Tiberias toen Jezus voorbij kwam en hen uitnodigde.

Samen met Petrus en zijn broer Johannes behoorde Jacobus de Meerdere tot de drie bevoorrechten onder de apostelen. Zij waren aanwezig bij enkele hoogtepunten uit Jezus’ leven.

Beide broers werden berispt omwille van hun agressieve reactie tegen ongastvrije Samaritanen.

 

 

 

11. H. Relindis met bijbelverluchting naar codex Eyckensis

 

 

 

De ouders van Harlindis en Relindis waren bemiddelde edellieden. Zij besloten hun dochters de kans te geven geletterd te worden. Omdat zij geen zonen hadden, beseften de ouders dat na hun dood hun bezittingen ten prooi zouden kunnen vallen van Frankische krijgsheren. Om dat te verhinderen bestond voor hun dochters maar één oplossing: het oprichten van een klooster.

Zodra de religieuze gemeenschap uit twaalf personen bestond, kreeg zij de status van abdij.

 

 

 

12. Christus Pantocrator

 

De eerste afbeeldingen van de Pantocrator werden gevonden op Byzantijnse munten.

Christus wordt als Pantocrator of Albeheerser frontaal weergegeven met een open Evangelieboek in de linkerhand. Met de rechterhand maakt hij een zegenend gebaar.

De pink en de ringvinger raken de duim, een verwijzing naar de Drie Ene God, de wijs- en de middelvinger staan symbool voor de twee naturen van Christus.

De kleurensymboliek van Christus Pantocrator is bepaald door de orthodoxe theologie. Het roodpurper van het onderkleed symboliseert de godheid terwijl het blauw van het bovenkleed de symbolische kleur is voor de menselijke natuur.

 

 

13. Uitgebreide Deësis

 

 

Het woord Deësis komt van het Grieks, en betekent verzoek, bidden, afsmeken.

De strikte Deësis is een drieluik. Het is een kernvoorstelling in de orthodoxe iconografie.

De voorstelling toont Christus frontaal afgebeeld op een troon als de ultieme rechter. Hij houdt de Bijbel open in de linkerhand. Aan zijn rechterhand staat de Moeder Gods en aan zijn linkerhand de Voorloper. Beiden staan lichtjes gebogen en met de handen in een smekend gebaar.

Deze uitgebreide Deësis rij toont het resultaat van de Menswording en van Pinksteren. Er werden meer voorsprekers toegevoegd evenals plaatselijke heiligen.

 

 

 

 

14. Alheilige Moeder Gods van Wladimir.

 

 

De Moeder Gods draagt bij deze icoon de traditionele hoofddoek .Wij zien hier slechts twee van de drie steeds weerkerende sterren, symbolen van haar zuiverheid. De gewaden van Moeder en Kind zijn bijzonder rijk; zij behoren tot de stijl van het keizerlijk Hof te Constantinopel.

In alle iconen van de Moeder Gods zijn we steeds getroffen door de verstilde, ietwat droeve blik.

Toch is de vreugde niet afwezig en ze wordt gesymboliseerd in de kleurenpracht. Het contrast tussen gelaatsuitdrukking en kleurenpracht brengt de Paas paradox in beeld die wezenlijk uit beide bestaat: uit sterven en verrijzen. Staande voor de oericoon zijn keizers en patriarchen gekroond.

 

 

 

15. H. Harlindis met huidig kerkje van Aldeneik

 

 

In deze icoon zien we dezelfde voorstelling als met de H. Relindis.

Adelhard, hun vader zocht in zijn landgoederen lang naar een geschikte plek voor het klooster.

Op ongeveer een mijl van de Maas, ‘In een klein en nutteloos bos’ trof hij uiteindelijk een heldere bron aan. Hier zou het klooster oprijzen.

De omwonenden togen aan het werk, geholpen door Harlindis en Relindis zelf, die elke morgen ‘in hun eigen armen zand en stenen’ naar de werf droegen.

In de biografie van Harlindis en Relindis lezen we ook dat zij een evangelieboek maakten waarmee zij hun medezusters konden onderrichten.

 

 

 

16. H.-Nicolaas als bisschop

 

 

Nicolaas van Myra kwam uit een rijke familie van Lycische afkomst.

Hij was al tijdens zijn leven een grote bekendheid en erg geliefd.  Om die reden werden zijn botten bewaard in een kerk, iets buiten de stad Myra.

De voorstelling op deze icoon vertelt het verhaal dat hij in 325 als bisschop zou deelgenomen hebben aan het concilie van Nicea. De aanleiding tot het bijeenroepen van het concilie was de onrust ontstaan door de leer verspreid door Arius. Nicolaas zou hem een klap in het gezicht gegeven hebben tijdens het concilie. De legende vertelt vervolgens hoe Nicolaas na deze daad in de gevangenis werd gezet om daar af te koelen.

In Oost-Europa wordt Nicolaas afgebeeld als een rijzige gestalte, met breed voorhoofd, ingevallen gezicht een krullende baard en een blos op de wangen. Hij draagt een misgewaad en een omoforion (een op de schouder dragende stola) met zwarte kruisen.

Op deze icoon wordt hij voorgesteld als Christus Pantocrator (Albeheerser) in buste, frontaal, de rechterhand geheven in een zegeningsgebaar. Het Woord is in de linkerhand gedragen in een over de arm geslagen omophoor. Het evangelieboek is gesloten.

 

 

 

17. Heilige Johannes de Voorloper als Voorspreker (Deësis icoon)

 

 

De “Deësis-icoon” (Deësis is een Grieks woord voor gebed, voorspraak, afsmeking) is een typisch belangrijk thema in de Oosterse Kerk. Johannes beschrijft zijn visioen van het einde der tijden; ‘dan zal Christus terugkomen om als rechter er het mensdom te oordelen‘.

Johannes’ tijdsgenoten waren in de ban van zijn sterke persoonlijkheid en zijn felle prediking. Hij is vol deemoed: wat voorover gebogen en met de handen smekend uitgestrekt. Er straalt van hem een rust en zachtheid uit, die sterk contrasteren met zijn ruwe woestijnleven en zijn harde prediking.

 

 

 

 

18. Christus Pantocrator

 

 

Christus Pantocrator, steeds frontaal afgebeeld, brengt het heil door de zegening van zijn rechterhand. Oorspronkelijk betekende dit gebaar het woord vragen, later is het uitgegroeid tot een zegening. In het Evangelieboek zijn de teksten in het Nederlands vertaald.

De karakteristieke samenvoeging van de vingers van deze hand legt getuigenis af over de drie personen van de Drievuldigheid.

 

 

19. Moeder Gods Voorspreekster uit de Deësis

 

 

De icoon van de Moeder Gods toont Maria met beide handen op borsthoogte geheven in gebed of voorspraak, waarbij ze de linkerhand iets hoger houdt dan de rechter. De Moeder Gods pleit hier bij Christus om een barmhartig oordeel over de mensen.

Bij een uitgebreide deësis wordt Christus voorgesteld als Albeheerser aan wie alle macht is gegeven. Naast hem staan, als voorsprekers van de mensen:

– links gezien en als begin de Moeder Gods, die het Nieuwe Testament vertegenwoordigt.

– rechts Johannes de Voorloper als laatste profeet en symbool van het Oude Testament.

 

 

 

 

 

20. Byzantijns Kruis

 

 

 

 

 

 

Dit kruis is een globale symbolische voorstelling van het heilsgebeuren.

 

- de bovenste dwarsbalk is de hemel.

 

- de middelste stelt de kruisdood van Christus voor.

 

– de derde schuine dwarsbalk stelt de aarde voor. De verticale balk ( van boven naar beneden ) verbindt de hemel en aarde. Aan de voet van het kruis, de schedel van Adam, die verwijst naar de zondeval.

Enkel de grote opschriften geven we hier vertaald weer.

 

– Het Mandylion, het niet door mensenhand gemaakte beeld van Christus, waaronder twee treurende engelen.

 

– Onder de armen van Christus ‘Uw kruis aanbidden wij Heer’.

 

– Naast het lichaam van Christus de martelwerktuigen: links de lans en rechts de hysopstaf (fel gekleurde struik).

 

– Op de schuine balk staan de muren van Jeruzalem afgebeeld. Juist boven de voeten van Christus staat het woord ‘Overwinning’

 

– Onderaan wordt de schedel van Adam afgebeeld. Christus is de nieuwe Adam.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 21. Alheilige Moeder Gods van het teken, omringd door Cherubijnen en Serafijnen.

 

 

In deze voorstelling wordt verbeeld wat de profeten uit het Oude testament aan het volk van Israël beloofd hebben, namelijk de geboorte van de Messias uit een maagd.

Opvallend bij dit type van iconen is de frontaliteit van de Moeder Gods en Jezus.

Het ‘Kind’ heeft gelaatstrekken die niet bij een kind passen: een groot voorhoofd en rimpels. Ook dit is symbolisch bedoeld: Jezus is meer dan een gewoon kind.

Letten we vooral op de symboliek van de hand gebaren. duim samen met ringvinger en pink duiden op de drie personen van de Drievuldigheid, wijsvinger, en pink duiden op de twee naturen van Christus, God en mens.

 

 

 

 

22. Alheilige Moeder Gods van Kazan

 

 

Typisch bij deze icoon is dat we van Maria slechts het hoofd, het aangezicht en de rechterschouder zien. Door een lichte neiging van haar hoofd verliest het majesteitelijk hier zijn strengheid.

Bij deze typisch Russische icoon is het ook opvallend dat het kind ‘staat’ aan de linkerkant van de Moeder. Hij kijkt voor zich uit en zegent met zijn rechterhand. De linkerarm en  -hand houdt het Christuskind onder zijn mantel.

Ooit was deze oericoon de beschermicoon van het Russische leger.

De Alheilige Moeder Gods van Kazan is de beschermster van de vrouw en wordt daarom vaak als huwelijksgeschenk meegegeven.

Ze wordt ook vereerd als bescherming tegen blindheid en oogkwalen.

 

 

 

 

23. Moeder Gods Sedes Sapientiae

De Sedes Sapientiae voorstelling is van oorsprong Byzantijns en werd vanaf de 11e eeuw ook populair in de westerse kerk.

Op deze icoon zien we de Moeder Gods frontaal met op haar schoot het Kind Jezus met een schriftrol in de hand. Hij die de mensen lijkt toe te spreken als een ware leraar.

Deze lofprijzing moge ons er toe brengen om steeds vuriger haar bijstand in te roepen. In het christelijke Oosten is de eerbied voor de Moeder Gods wezenlijk.

 

 

 

24. Aartsengel Gabriël (Deësis icoon)

 

 

De plaats van de Aartsengel Gabriël situeert zich in de Deësis-rij links van de Albeheerser en na Johannes de Voorloper. Hij is in ¾ profiel uitgebeeld.

Hij is geen aanvoerder maar een ‘boodschapper’, een ‘voorspreker’ die bij de Christus ten beste spreekt voor de mensheid. Hij wordt pas in de latere literatuur ‘Aartsengel’ genoemd. Zijn naam zou betekenen ‘Man van God’.

 

 

 

25. Christus Pantocrator - Redder en Levensschenker

 

 

Net als de antieke filosofen is ook Christus voornamelijk op borstbeeldformaat voorgesteld: een korte baard, in het midden gescheiden en achterover gekamd hoofdhaar.

Christus brengt het heil door het zegengebaar van zijn rechterhand.

In de linkerhand houdt Hij een prachtig met edelstenen versierd Bijbelboek.

De blik in de ogen van deze Christus houdt het midden tussen strengheid en zachtmoedigheid. Door deze mildere gelaatsuitdrukking wordt op deze icoon niet zozeer de heerschappij van Christus uitgedrukt als wel zijn genegenheid voor de mens.

 

 

 

 

26. Aartsengel Michaël (Deësis icoon)

 

De plaats van Aartsengel Michaël in de Deësis situeert zich rechts van Christus. Zoals alle voorstellingen bij een Deësis is ook hij in ¾ in profiel uitgebeeld.

De Aartsengel Michaël is in de joodse zowel als in de christelijke traditie de voornaamste van de engelen. Hij is de aanvoerder van de hemelse heerscharen, de vechter tegen de antichrist.

In het schildershandboek van de berg Athos zijn dertien wonderen van Michaël opgetekend.

 

 

 

 

27. Driehandige Moeder Gods

Bij deze icoon zit het Kind niet op de linker, maar op de rechterhand van Maria. Aan de onderrand zien we een derde hand met armaanzet.

Vooral in Servië is de ‘Driehandige’ Moeder Gods zeer geliefd. In de Servisch-Russische iconenkunst komt deze voorstelling dan ook veelvuldig voor.

De omstandigheden van dit type icoon hangt ten nauwste samen met de persoon van Johannes Damascenus.

Het votief karakter van de derde hand wordt zorgvuldig onderstreept door aan de hand een zilveren uitzicht te geven.

Verhalen uit de 6de eeuw wijzen er op dat de cultus van de iconen een vorm ging aannemen van verafgoding. De houding van het Keizerlijk Hof en de hogere clerus was aanleiding tot het iconoclasme of beeldenstorm. Er ontstond een hevige strijd tussen de beeldenvereerders en de iconoclasten.

 

 

 

28. H. Mandylion en Koning Agbar

 

De Abgarlegende handelt over de belevenissen van een pelgrim naar Edessa.

 

Koning Abgar ontvangt het Mandylion

Bas-relief uit Syrie

 

 

 

29. Oudtestamentische Triniteit

 

 

Deze icoon stelt de gastvrijheid van Abraham voor. Ze vertelt het verhaal van de drie mannen die hem en Sara de blijde tijding brachten dat Sara een kind zou ontvangen en ter wereld brengen.

Belangrijk is te zien dat de drie mannen (afgebeeld als engelen) samen een volmaakte cirkel vormen. De cirkel is een symbool van volmaaktheid en dus van het wezen van God.

De wezenseenheid van de drie Personen wordt aangeduid in de blauwe kleur die ze met elkaar delen. Het onderscheid van de personen wordt daarentegen aangeduid in de verschillende kleuren: teer roze, purper en groen.

Gezien vanuit het oogpunt van de beschouwer, staat links op de icoon een gebouw, de ‘tent van Abraham’ of het Vaderhuis In het midden zien we de ‘eik van Mamre’,  symbool van het kruis en de levensboom. Rechts een ‘berg’, symbool van de steenrots waarop de Kerk wordt gebouwd.

 

 

30. Alheilige Moeder van de Tederheid

 

 

Moeder en kind zijn dicht tegen mekaar geplaatst (hier wang aan wang) en kijkt het Kind liefdevol naar zijn moeder: nergens worden de menselijke gevoelens zo beklemtoond als op deze icoon.

De Moeder Gods drukt ook die gevoelsrelatie uit, ze wil haar kind beschermen tegen het lijden dat komt.

In haar diepste wezen beklemtoont deze icoon de realiteit van de menswording en het goddelijk moederschap van Maria.

 

 

31. Evangelist Lucas - Als portretschilder van de Moeder Gods Hodigitria

Van oudsher neemt men aan dat Lucas een heiden christen was, maar vanwege zijn grondige kennis van het Oude Testament wordt ook de mogelijkheid geopperd dat hij een hoogontwikkelde Jood was uit de diaspora. Hij zou als arts een van de medewerkers zijn geweest in het gevolg van de apostel Paulus.

Op de hier voorgestelde icoon zien we hem terwijl hij de Alheilige Moeder Gods ‘Hodigitria’ schildert/schrijft.

We zien een toepassing van het omgekeerd perspectief, het uiteenlopen van lijnen naar de beschouwer toe als een uitnodiging om bij het bekijken van de iconen even meditatief stil te staan.

 

 

 

Met dank aan Lucia Lipkens voor de ter beschikking gestelde documentatie.

 

Deze iconententoonstelling heeft de verhalen van het Oude en Nieuwe Testament levendig gebracht.

Een opfrissing die vele leemten opvult.

 

Willy Depoorter.                                                                                    Lay-out: Leo Page

 

 

 Terug naar het overzicht gebeurtenissen